Direct starten met je theorie examen oefenen.
Antwoord: auto B, auto C, fietser A, auto D
Auto B en C rijden beide op de voorrangsweg. C slaat af, dus B gaat als eerste voor C.Voor fietser A geldt de regel ”rechtdoor op dezelfde weg gaat voor”; D slaat af. De fietser gaat als derde voor auto D, die als vierde gaat